Reinier wordt geboren op 25 november 1917 in het Gelderse Zelhem. Hij trouwt met Trijntje Scheurs en is beroepsmilitair en wachtmeester-instructeur bij de bereden artillerie. Na de capitulatie van Nederland in mei 1940 wordt hij als ambtenaar invoer en accijnzen aangesteld aan de grens bij Wernhout, in de gemeente Zundert. Hij wordt er benaderd om joden de grens over te helpen en microfilms voor Bureau Inlichtingen Nederland uit te smokkelen. Ook raakt hij betrokken bij de vluchtlijn van neergestorte Amerikaanse en Engelse piloten.
Op 29 april 1943 wordt Reinier na verraad door een Zundertse dubbelagent gearresteerd en afgevoerd naar kamp Vught. Vanwege het naderen van de geallieerde troepenmacht gaat de SS op 5 september 1944 (Dolle Dinsdag) over tot de evacuatie van het kamp. De volgende dag wordt ook Reinier op transport gezet naar concentratiekamp Sachsenhausen bij Oranienburg. Daar wordt hij maandenlang onder erbarmelijke en mensonterende omstandigheden gevangengehouden en gedwongen tot fysiek uitputtend werk. Op 5 februari 1945 wordt hij op ziekentransport gezet naar concentratiekamp Bergen-Belsen dat tegen die tijd door de nazi’s werd gebruikt als dumpplaats voor zieke gevangenen uit de andere kampen. Reinier is vanaf dat moment als vermist opgegeven.
Vijf jaar later volgt een bericht van het Rode Kruis, waarin zijn overlijden wordt bevestigd. Als sterfdatum is 31 mei 1945 opgegeven. Reinier is dan 27 jaar geworden.
Reactie toevoegen