Paul Appel

Paul wordt op 24 augustus 1917 geboren in ’s-Hertogenbosch. Als matroos dient hij bij de Koninklijke Marine. Gedurende de eerste oorlogsjaren dient Paul in Nederlands-Indië.

Op 8 december 1941, een dag na de aanval op Pearl Harbor, verklaart de Nederlandse regering vanuit Londen Japan de oorlog. De Japanners grijpen dit aan om Nederlands-Indië direct binnen te vallen. Vanwege zijn natuurlijke oliebronnen en geostrategische ligging is de verovering van de Nederlandse kolonie voor de Japanners een van de belangrijkste doelen om Oost-Azië te overheersen.

Na een veldtocht van drie maanden hebben de Japanners de belangrijkste strategische punten in de archipel veroverd. Paul wordt krijgsgevangen genomen en afgevoerd naar de kampen. Hij komt uiteindelijk in het Japanse kamp Yokkaichi bij Nagoya terecht, waar hij aan het werk wordt gezet in de nabijgelegen hoogovens en de koper-, zwavel- en kunstmestfabrieken van Ishihara Industry Company. Het kamp zelf bestaat uit nauwe barakken, waar de gevangenen met veertig personen tegelijk een kamer delen. Omdat het kamp ook vlak aan zee ligt, raakt het op 30 september 1944 tijdens een tyfoon grotendeels overstroomd. Ook zware aardbevingen in december 1944 zorgen voor een ravage in het kamp.

Door de zeer gebrekkige en almaar slechter wordende voeding verzwakken de gevangenen snel en neemt de kans op ernstige ongelukken toe. Paul bezwijkt uiteindelijk aan de geleden ontberingen in het kamphospitaal op 15 februari 1945. Hij is 27 jaar geworden. Zijn assen worden bijgezet in het columbarium van het Nederlands ereveld Menteng Pulo in Jakarta.