Albert wordt geboren op 28 oktober 1917 in 's-Hertogenbosch en woont in Almelo. In het kader van de algemene mobilisatie van 1939 wordt Albert opgeroepen voor militaire dienst en als adjudant-onderofficier ingedeeld bij de veldartillerie. In de meidagen van 1940 heeft hij onder andere gevochten in Zeeland.
Na zijn demobilisatie gaat Albert als koopman werken in zijn woonplaats Almelo. Als daar in het voorjaar van 1942 een Engelse piloot in de buurt neerstort, helpt Albert hem op weg door hem de weg te wijzen en een eind te begeleiden. De Duitse autoriteiten komen hierachter en arresteren Albert op 17 maart. Hij wordt vastgezet in het zogeheten ‘Oranjehotel’, de gevangenis in Scheveningen, om in juli 1942 overgeplaatst te worden naar de krijgsgevangenengevangenis in Utrecht aan de Gansstraat. Daar blijft hij tot in het najaar van 1942, als hij naar Amsterdam wordt gebracht waar hij zijn proces aanhoort. Aansluitend wordt hij een jaar lang vastgehouden in de gevangenis aan het Wolvenplein in Utrecht, tot aan oktober 1943. Vandaaruit wordt hij via kamp Amersfoort met een transport van ‘politieke gevangenen’ naar de Duitse kampen afgevoerd.
Albert heeft de status van Nacht und Nebel-gevangene gekregen, wat inhoudt dat hij spoorloos in de kampen moet verdwijnen, zonder dat de nabestaanden weten of hij is omgekomen of niet. Hij komt in het Nacht und Nebel-kamp Natzweiler-Struthof terecht, hoog in de Vogezen. Het kamp ligt in het dan opnieuw bij Duitsland ingelijfde Elzas-Lotharingen, het tweetalige grensgebied dat sinds 1945 weer bij Frankrijk hoort. De gevangenen verrichten er dagen lang extreem zwaar werk in de steengroeves met het doel hen dood te werken. Voeding en medicijnen zijn dan ook nauwelijks toereikend en de gevangenen staan bloot aan allerlei zware mishandelingen. Door de ontberingen loopt Albert na een paar maanden tuberculose op. Een arts in het kamp spant zich in om Albert in een hospitaal op te nemen en te voorzien van extra voeding, maar de geboden hulp mag niet meer baten.
Begin september 1944 wordt Natzweiler-Struthof ontruimd vanwege de komst van de Amerikanen; de gevangenen worden op transport naar Dachau gezet. Ook de ernstig zieke Albert wordt op de trein gezet en overlijdt tijdens het transport, volgens een medegevangene in de nacht van 5 op 6 september tussen Oppenheim en Frankfurt. Zijn lichaam wordt doorgestuurd naar Dachau en daar gecremeerd. Albert is 26 jaar geworden.
Reacties
Het verhaal van Albert Hermelink is uitgebreid beschreven door J.B.A.M. ter Haar. Zie daarvoor oranjehotel.org, of natzweiler.nl.
Reactie toevoegen