jhr.mr. André Reigersman

Jonkheer André Reigersman wordt geboren op 6 november 1882 in Breda, waar hij het gymnasium bezoekt. Na zijn studie in Leiden is hij meester in Rechten en gaat als advocaat werken in Den Haag. Ook is hij op enig moment werkzaam als griffier van het kantongerecht Zevenbergen. Eind jaren dertig woont André in Haarlem, waar hij substituut-griffier is van het kantongerecht. André staat bekend als een aimabel persoon en toegewijde huisvader. Hij is breed geïnteresseerd en muzikaal van aanleg; André speelt viool.

Tijdens de Duitse bezetting is hij niet aangesloten bij een verzetsgroep, maar leest trouw het illegale blad Vrij Nederland, dat hem wordt verstrekt door de Haarlemse ondergrondse. De verspreiding van het blad vindt plaats vanuit het huis van de familie Lohmann, waarvan het adres in november 1943 door verraad in Duitse handen valt. Bij de familie Lohmann wordt vervolgens een lijst aangetroffen met de namen van lezers en verspreiders van het blad aan.

Ook André staat op de lijst genoemd. Hij wordt op 11 december opgepakt en vastgezet in een politiecel in Haarlem. Vermoedelijk omdat André enkel lezer en geen verspreider is geweest, wordt hem de keus voorgelegd: teken voor lidmaatschap bij de NSB en kom vrij, of weiger en ondervind de gevolgen. André weigert.

Vanaf dat moment is André een politieke tegenstander van het naziregime en staat hem een zware lijdensweg te wachten. Zonder proces wordt hij vastgehouden in het Amsterdamse Huis van Bewaring en aansluitend daarop afgevoerd naar kamp Vught. Wegens het naderen van de geallieerde troepenmacht gaat de SS op 5 september 1944 (‘Dolle Dinsdag’) over tot evacuatie van het kamp. André wordt met de mannelijke gevangenen naar concentratiekamp Sachsenhausen gedeporteerd. Enige tijd daarna volgt transport naar Bergen-Belsen.

Tegen het einde van de oorlog gebruiken de nazi’s Bergen-Belsen steeds meer als ‘dumpplaats’ voor zieke gevangenen van andere kampen. De gevangenen staan er bloot aan de meest uiteenlopende mishandelingen met het doel hen fysiek en mentaal te breken. Bovenal worden de gevangenen moedwillig verhongerd en aan besmettelijke ziekte, met name vlektyfus, overgeleverd. Als gevolg daarvan sterven tienduizenden gevangenen in de maanden rond en na de bevrijding.

Ook voor André worden de ontberingen van het kamp uiteindelijk te veel. Hij bezwijkt op 6 februari 1945 in Bergen-Belsen op 62-jarige leeftijd.