Johan wordt geboren op 1 februari 1918 in Princenhage en woont in Den Haag. Hij is 3e stuurman aan boord van de M.S. Zaandam, een koopvaardij- en oceaanlijnschip van de Nederlandsche-Amerikaansche Stoomvaart Maatschappij NV in Rotterdam, kortweg bekend als de Holland-Amerika Lijn. Op 6 juni 1940 legt de Nederlandse regering vanuit Londen vaarplicht op aan alle Nederlanders op koopvaardijschepen. Het gaat om ongeveer 12.000 opvarenden op 850 schepen. Dit houdt in dat vanaf dat moment Johan aan boord van de Zaandam wordt ingezet voor de Nederlandse oorlogsvoering aan geallieerde zijde.
Op 2 november 1942 is de Zaandam onderweg van Beira in Portugees Oost-Afrika (het hedendaagse Mozambique) via de Tafelbaai in Zuid-Afrika naar New York en vervoert onder andere een vracht van 8600 ton aan koper en chroom. Die dag bevindt het schip zich ter hoogte van Fortaleza aan de Braziliaanse kust als het wordt opgemerkt door de Duitse onderzeeër U-174. De Zaandam wordt getorpedeerd en tot zinken gebracht; 135 van de 299 bemanningsleden komen bij de scheepsramp om het leven. Johan is een van de slachtoffers; hij is 24 jaar geworden.
Een Amerikaan en twee Nederlanders ontkomen in een reddingsboot aan de scheepsramp. Levend van regenwater, gevogelte en rauwe vis weten ze zich 83 dagen in leven te houden, voordat ze door een Amerikaanse onderzeeër worden opgepikt.
Reactie toevoegen