Piet wordt geboren op 7 september 1920 in Rotterdam als zoon van een zeeofficier. Ook hij wil in de Koninklijke Marine dienen, maar vanwege de Duitse bezetting is dat onmogelijk. In plaats daarvan gaat hij economie studeren aan de hogeschool van Tilburg, waar hij gaat wonen en zich aansluit bij het Studentencorps St. Olof. Hij staat bekend als een serieuze werker, sociaal en onbaatzuchtig.
In de loop van de oorlog wordt de sfeer op de hogeschool steeds grimmiger door razzia’s en de aanhoudende angst vroeg of laat als dwangarbeider naar Duitsland te worden afgevoerd. De loyaliteitsverklaring moet de rust herstellen op de hogescholen en universiteiten en voorkomen dat studenten de illegaliteit ingaan; door zich loyaal te verklaren aan het Duitse Rijk, hoeven de studenten niet te werken in Duitsland.
Piet weigert pertinent te tekenen en sluit zich aan bij de Raad van Negen, de vereniging die het studentenverzet in Nederland coördineert, het illegale blad De Geus verspreidt, papieren vervalst en onderduikadressen regelt. Piets taak voor de Raad van Negen is zoveel mogelijk studenten aan te moedigen niet te tekenen. Wie wel doet, wordt door de Raad van Negen als deserteur beschouwd. Piet zet de studenten onder druk om te weigeren, maar hij moet het opnemen tegen de sterke angstgevoelens die studenten ertoe brengt wel de loyaliteitsverklaring tekenen. Ook Piet moet enkele maanden onderduiken om de Arbeitseinsatz te ontlopen. Als hij terugkeert naar Tilburg, wordt hij actief voor de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers in Noord-Brabant.
Geheel onverwachts belandt Piet in Eindhoven in het ziekenhuis, waar hij terechtkomt op een geïsoleerde kamer. Hij blijkt een hersenvliesontsteking te hebben die hem uiteindelijk fataal wordt. Hij overlijdt op 14 augustus 1944 op 23-jarige leeftijd. Zijn vader heeft nooit kunnen verwerken dat Piet ondanks zijn belangrijke rol in het verzet uiteindelijk aan een ziekte is overleden die wellicht met penicilline behandeld had kunnen worden.
Reactie toevoegen