Abraham wordt op 14 november 1901 in Den Haag geboren en woont met zijn vrouw Grietje Goudsmit in Breda, waar hij een fotohandelszaak heeft. Vanwege zijn joodse afkomst loopt hij tijdens de Duitse bezetting het acute risico gedeporteerd te worden, maar uiteindelijk is hij vanwege actieve verzetsdaden gearresteerd en afgevoerd naar concentratiekamp Auschwitz-Birkenau (nu Oświęcim in Polen). Dit is verreweg het grootste en dodelijkste concentratiekamp dat door het nazi-regime is opgericht en zou na de oorlog hét symbool van de Holocaust geworden. Uiteindelijk worden er 1,1 miljoen mensen in het kamp omgebracht, waarvan verreweg de meeste joods zijn. Tot de vele tienduizenden andere slachtoffers behoren Polen, Russen, politieke tegenstanders van het naziregime, homoseksuelen, Roma’s, Sinti’s en enkele honderden Jehova’s Getuigen. Een groot aantal van hen wordt in de gaskamers om het leven gebracht, maar velen duizenden anderen worden doodgeschoten, doodgeslagen, of zijn het slachtoffer van zware mishandeling, ziekte, ondervoeding, uitputting, onderkoeling of medische experimenten.
Abraham wordt hier op 20 oktober 1942 op 40-jarige leeftijd vermoord. Zijn vrouw en vijfjarige dochter zouden de Holocaust overleven.
Reactie toevoegen