Phil wordt geboren op 10 februari 1888 in het Belgische Essen. Samen met haar echtgenoot Jan Suijkerbuijk en hun vier kinderen woont ze aan de Essenseweg in Nispen. Tijdens de Duitse bezetting is het echtpaar met hun dochter Emilia actief in het verzet als hulpverleners aan onderduikers die bij Nispen de grens proberen over te steken. Omdat het gezin zo dicht bij de grens woont, wordt op hen een beroep gedaan om tijdelijk joodse vluchtelingen op te vangen. Ze zijn zich goed bewust van de risico’s, maar bieden niettemin de helpende hand.
In de zomer van 1943 wordt hun verzetswerk mogelijk verraden bij de Gestapo die in zes grote zwarte wagens langskomen. Ze treffen Phil en Emilia aan die angstig moeten toezien hoe hun huis overhoop wordt gehaald. Emilia wordt dan met rust gelaten, maar Phil wordt gearresteerd, later gevolgd door zoon Toon. Jan is op dat moment niet thuis, maar zodra hij erachter komt wat er is gebeurd, geeft hij zich vrijwillig aan om zijn vrouw vrij te krijgen. Dat mag echter niet baten en ook Jan wordt gearresteerd.
Jan, Phil en Toon worden overgebracht naar kamp Vught. De kinderen weten enkele malen hun ouders en broer te bezoeken en zien dan hoe slecht ze zijn behandeld. In het najaar van 1943 worden Jan en Phil gedeporteerd naar de concentratiekampen; Jan via Dachau naar Natzweiler-Struthof en Phil naar Ravensbrück, hoofdzakelijk bestemd voor vrouwelijke gevangenen.
Daar worden de vrouwen onder erbarmelijke omstandigheden voor dwangarbeid ingezet, met name voor de Siemens-fabrieken, maar ook voor het maken van schoeisel en kleding voor de SS en het Duitse leger. Ook worden ze in de omgeving in de landbouw aan het werk gezet. De gevangenen lijden een ernstig tekort aan voedsel en medische zorg en staan voortdurend bloot aan zware mishandelingen. Zij die het niet langer aankunnen, worden vermoord, of voor medische experimenten misbruikt.
Phil komt op 13 mei 1944 in het kamp om het leven op 56-jarige leeftijd. Haar man zou eindigen in Leonberg, waar hij na het verrichten van zware dwangarbeid in het voorjaar van 1945 tijdens dodenmars richting Dachau wordt doodgeschoten. Hun zoon Toon zou uiteindelijk uit kamp Vught worden vrijgelaten, maar de mishandelingen en ontberingen hebben hem totaal gebroken.
In 1951 worden Jan en Phil postuum het Oorlogskruis 1939-1945 met de zilveren ster toegekend door de Franse regering van De Gaulle, voor hun deelname aan de ondergrondse en de hulp die zij hebben geboden aan onderduikers, ontsnapte Fransen en strijders van de geallieerde legers.
Reacties
Phil Suijkerbuijk was de zuster van mijn oma
Bedankt voor uw bericht, Nelly. Mocht er vanuit uw familie meer bekend zijn over Phils hulp aan onderduikers, dan houden we ons graag aanbevolen.
Beste Frank, ik weet over deze droevige gebeurtenis ook maar een paar zaken. Volgens mijn dooppeter hielpen ze Joden de grens over, , De Duitsers zijn hun komen ophalen en vonden , er de koffers van de Joden, .Hun kinderen hadden ze ook mee genomen, omdat de radio op een Engelse post stond ,maar die zijn terug vrij gelaten. Mijn opoe kreeg door dat nieuw een beroerte en is kort daarop overleden. Mijn vader was maar 17 Jaar, hij was de jongste van 13 kinderen. Gtjs Nelly
Als je familie moest kennen, van Jan en Phil , zou ik er graag eens kennis mee maken
Heel heftig om te lezen, Nelly. Het laat wel zien hoe ook naasten direct getroffen werden door het verzetswerk dat door familie is gepleegd.
Er hebben zich sinds mijn vorige bericht geen verdere familieleden meer gemeld, maar mocht dat nog gebeuren, dan zal ik jullie via deze site met elkaar in contact proberen te brengen.
Reactie toevoegen