Theodorus wordt geboren op 30 december 1901 in ’s-Hertogenbosch. Hij is getrouwd met Elisabeth Kwaks en werkt als bakker. Tijdens de Duitse bezetting is hij actief in het verzet, maar over zijn precieze activiteiten voor de ondergrondse is niets bekend. Hij wordt op enig moment gearresteerd en vastgezet, waarna deportatie naar de Duitse kampen volgt. Op 26 mei 1944 wordt hij binnengebracht in Dachau bij München, waar hij aan de meest uiteenlopende ontberingen blootstaat. Als dwangarbeiders maken de gevangenen in het kader van Vernichtung durch Arbeit (vernietiging door arbeid) lange, zware dagen in de fabrieken. Iedere dag begint voor zonsopgang met een urenlang appèl, ook bij zeer slecht of ijskoud weer. Van en naar het kamp wordt kilometers gemarcheerd zonder stoppen. Zowel op mars als in de fabrieken worden de gevangenen bij de minste of geringste aanleiding zwaar mishandeld; even zo vaak ook zonder enige reden. Voeding schiet niet alleen schromelijk te kort, maar is ook nauwelijks eetbaar. Ook medische zorg en hygiëne ontbreken volledig, hoewel van de gevangenen wordt verwacht dat ze iedere dag opnieuw schoon op appèl verschijnen. Als gevolg hiervan komen vele tienduizenden gevangenen in het kamp om het leven.
Ook voor Theodorus worden de ontberingen uiteindelijk te veel. Hij bezwijkt op 19 februari 1945 in het kamp aan de gevolgen van uitputting, ondervoeding en mishandeling. Theodorus is 43 jaar geworden.
Reactie toevoegen