Willem wordt geboren op 16 november 1896 in ’s-Hertogenbosch en woont in Rotterdam, waar hij winkelier is. Tijdens de Duitse bezetting is hij actief in het verzet als lid van de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers (LO).
Op 18 april 1944 wordt hij hiervoor thuis door de Sicherheitsdienst (SD) gearresteerd en vastgezet in de gevangenis aan het Haagseveer in Rotterdam. Vandaaruit wordt hij naar kamp Vught gebracht, waar hij tot de evacuatie op dinsdag 5 september 1944 (‘Dolle Dinsdag’) blijft. Nadat de SS het kamp vanwege het naderen van de geallieerden hebben ontruimd, wordt Willem met de rest van de mannelijke gevangenen naar concentratiekamp Sachsenhausen gedeporteerd. Ruim een maand later volgt deportatie naar Neuengamme bij Hamburg.
Uiteindelijk komt Willem terecht in Meppen-Versen, een buitenkamp van Neuengamme, bij de Nederlandse grens. De gevangenen werken hier onder erbarmelijke omstandigheden in de steenfabrieken, kleigaten en turfvelden. Door mishandeling, slechte voeding en het ontbreken van medische zorg komen ruim 250 gevangenen van ziekte en uitputting om het leven. Bij het naderen van de geallieerde troepen (het kamp zou door de Polen worden bevrijd), worden de overlevenden geëvacueerd naar Neuengamme. Willem is een van de gevangenen die in het kamp bezwijkt aan de geleden ontberingen. Hij overlijdt op 5 december 1944, op 48-jarige leeftijd.
Reactie toevoegen